Als old school metalhead, opgegroeid en groot geworden met bands als Darkthrone en Venom, duurde het even voor ik NECRONOMIDOL volledig begreep. Vier schattige vrouwen die gechoreografeerd zingen en dansen op een vooraf opgenomen achtergrondtrack is misschien wel het tegenovergestelde van black metal. Maar toen ik mijn vooroordelen eenmaal opzij had gezet, vond ik een band vol verve en kracht die een zeer energieke en onderhoudende set afleverde.
Er is vanavond geen band die het publiek gaat opwarmen, maar NECRONOMIDOL-lid Himari Tsukishiro verschijnt om een drietal aan nummers te zingen om het publiek op te warmen. In tegenstelling tot de set die spoedig zal volgen treedt ze solo op, gekleed in het wit en op een nogal ingetogen manier. Er is geen hint van wat komen gaat, alleen drie nummers die een etherische vibe creëren alsof deze nummers echo’s zijn uit een alternatieve realiteit. Toch is het een betoverend optreden dat fungeert als de kalmte voor de komende storm.
Een spookachtige introductieband creëert een gepaste duistere sfeer en die wordt plots doorbroken door een woeste blast beat die de komst van END OF DAYS aankondigt. NECRONOMIDOL is helemaal in het zwart gekleed en arriveert als een horde Valkyries, een bundel energie waarbij elk groepslid om de aandacht van het publiek vecht. Sinds de band voor het laatst door Europa tourde, zijn er heel wat veranderingen geweest met Tsukishiro als enig overgebleven lid uit die tijd. Nu opereren als een viermansformatie past bij deze dark unit; het podium lijkt minder druk, en de dansroutines lijken scherper. Het geeft elk groepslid ook de mogelijkheid om zijn persoonlijkheid naar voren te brengen met Nana Kamino, Meica Mochinaga en Malin Kozakura die een muur van geluid creëren met hun vocalen.
Er is een intrigerende spanning van tegenstellingen rond NECRONOMIDOL die hen oneindig interessant maakt; een geluid dat black metal en darkwave samenbrengt, een gefabriceerde band die optreedt tegen een achtergrond van authentieke, ruwe black metal, en Japanse vrouwen die teksten zingen die ooit het domein waren van narcistische Noren en het is hun verdienste dat ze deze diametraal tegengestelde krachten samenbrengen en presenteren als een samenhangend geheel. Zoals je zou verwachten maakt de komst van ITHAQUA de verzamelde menigte een beetje gek; het keurige middenstuk, met zijn onaards gezongen zang, lijkt op maat gemaakt om boze geesten op te roepen en het is een gezang dat het publiek graag weerspiegelt terwijl de elektronische beat het geluid van de koto imiteert om een griezelige sfeer te creëren.
Na het verlaten van het podium keert NECRONOMIDOL terug voor een welverdiende toegift en, misschien wel de perfecte afsluiter, SKULLS IN THE STARS is een high-octane nummer dat een groot aantal schattige danspasjes bevat die het publiek slaafs na doet. Zoals veel van de show van vanavond is er hier een element van het theatrale, een vleugje kabuki, dat deze set meer maakt dan alleen een concert; het is bijna een ritueel en SKULLS IN THE STARS zorgt ervoor dat niemand teleurgesteld vertrekt.